Stoofvlees

Print

Bereidingswijze

• Snipper de uien. Verhit de braadpan en smelt de boter. Stoof de uien een paar minuten op een laag vuur, laat de uien niet bruin worden.
• Snij het vlees in mooie kleine stukken. Het vlees wordt even aangebraden in een aparte koekenpan. Smelt een klontje boter en schroei het vlees rondom dicht. Kruid het vlees met zout en peper. Zorg ervoor dat het vlees genoeg ruimte heeft voor het beste resultaat. Mocht het teveel zijn in de pan kun je het beter in twee of drie keer bakken.
• Zodra het vlees rondom gebakken is voeg je het bij de uien. In de pan waar je het vlees in hebt gebraden, schenk je het flesje bruin bier en breng je het aan de kook. Roer het vleesvocht goed los met een pollepel. Giet vervolgens het bier bij het vlees.
• Steek de kruidnagels in de laurierblaadjes en voeg samen met de tijm toe aan de braadpan.
• Neem de boterham en smeer deze dik in met de mosterd. Leg de boterham met de mosterd omlaag in de braadpan. Tot slot nog de appelstroop toevoegen en een scheutje azijn.
• Het lekkerste stoofvlees heeft tijd nodig. Dus hoe langer het op het vuur staat hoe lekkerder dit gerecht wordt. Meestal zet ik het 2 uur op een laag vuur met de deksel erop. Tussendoor af en toe roeren. Als de 2 uur voorbij zijn, haal ik de deksel van de pan en laat ik het nog 1 uur sudderen. Zo kan de saus een beetje inkoken. Mocht je de saus nog te dun vinden kun je deze nog altijd met een beetje allesbinder dikker maken.